Wie zal ik eens plagen?

Deel 62, mei 2014

Mag je iemand plagen?

Vast wel, als het maar niet te gek wordt.

Tegen een plaagstootje moet een mens wel kunnen; bovendien kun je altijd nog gewoon terugplagen, iemand een koekje van eigen deeg geven.

Dan krijg je een sfeertje van: “Boontje komt om zijn loontje”of “Wie kaatst kan de bal verwachten”.

Een heel andere situatie krijg je wanneer het plagen te erg wordt, dat er gewoon niet tegen terug te plagen valt.

Dieren kunnen mensen heel erg plagen, soms wordt dat wel eens te gek en dan worden die dieren “plaagdieren” genoemd.

Gelukkig hebben we dan in onze maatschappij bedrijven die daar weer iets tegen kunnen doen, want die hebben professionele “plaagdierbestrijders” in dienst.

U hebt last van ratten, muizen, zilvervisjes, zilvermeeuwen, kauwen of verwilderde duiven, dan kunt u ze bellen en ze komen u er af helpen.

Maar ook bij overlast van wespen, vliegen, muggen, spinnen en al dat andere gespuis, dat het voorzien heeft op uw voedselveiligheid en/of woongenot kunt u een beroep doen op dergelijke mensen.

Hebt u eenmaal deze vakmensen benaderd, dan zullen zij u uiterst vakbekwaam verlossen van de dieren die u geplaagd hebben.

Wat is dat dan toch ook weer allemaal mooi geregeld in Nederland.

Maar let nu goed op, want schijn bedriegt: de ene plaag is blijkbaar de andere niet!

Ik kan u zo twee plagen noemen, waar door de overheid geheel verschillend mee wordt omgegaan.

Twee plagen, door dieren veroorzaakt, die totaal verschillend worden beoordeeld.

Het gaat er maar om hoe vervelend de betreffende plaagdieren ten opzichte van de mens zijn.

Het ene diertje is slechts hooguit 2 centimeter groot en het andere vele “-tig” malen groter.

Bij dat ene, kleine diertje, het is slechts een rups, wordt alles uit de kast getrokken om koste wat kost de algehele bestrijding ter hand te nemen.

Er wordt niets aan het toeval overgelaten en met eveneens minuscuul kleine insekten wordt de aanval ingezet, door professionele bedrijven, met als doel alle rupsen te doden.

Deze rupsen, (van oorsprong eigenlijk een exoot) die op voedselzoektocht in een lange rij achter elkaar, in een processie, een andere eikenboom opzoeken en daarom de “eikenprocessierups” worden genoemd, hebben haren op hun lichaam.

Ze worden ook wel “brandharen”genoemd, welke gevaarlijke gezondheidsrisico’s kunnen opleveren, omdat ze vervelende eigenschappen vertonen.

Daardoor komt de volksgezondheid in gevaar en dus grijpt de overheid in; de overlast indammen mag wat kosten!

De andere plaag wordt veroorzaakt door een vogel, die, zoals ik al schreef vele,vele malen groter is dan de eerder genoemde rups.

In het begin was de grauwe gans zeer zorgvuldig beschermd, want deze vogelsoort kon wel eens een heilzame werking hebben op de steeds maar groter wordende rietvelden.

Door steeds maar weer de jonge wortelstokken van het riet te eten zouden deze gebieden uiteindelijk niet dicht kunnen gaan groeien.

Zo’n 100 jaar geleden was de grauwe gans uitgestorven in Nederland, maar in 1971 waren er al 10 paar in de enorme rietvelden, die later de IJselmeerpolders zouden gaan worden.

Vanaf toen ging het allemaal helemaal mis (maar het is maar hoe je er tegen aankijkt).

De aantallen rijzen nu de pan uit, er zijn al een paar honderd duizend en dat is niet zo gek als je bedenkt dat een volledig legsel soms wel meer dan 8 eieren kan bevatten.

Als die vogels zich nou maar keurig aan het dieet van wortelstokken van riet hadden gehouden, dan was er misschien weinig loos geweest.

Maar elke volwassen vogel eet per dag rond een hele kilo zacht plantaardig materiaal en dat is meestal gras.

Even een rekensom: 400.000 ganzen x 1 kilogram gras = 400.000 kilogram gras per dag en dat x 365 dagen, is een totaal van 146.000.000 kilogram gras per jaar en een groot deel daarvan is gestolen van de boer!

Nou zitten ze niet allemaal op dezelfde plek, maar diefstal van goed gras vindt regelmatig op grote schaal plaats en daar is weinig aan te doen.

Ook op andere terreinen treedt schade op en wordt meestal niet geheel of helemaal niet gecompenseerd, mede ook door een groot aantal ingewikkelde handelingen en regels.

Door die ingewikkelde regels is het soms al heel moeilijk gemaakt om ze überhaupt te kunnen ver-,of te bejagen.

Er zijn wel professionele methoden (door professionele bedrijven) om de overlast van de aantallen in de ganzenpopulatie wat te verminderen, echter daaraan werkt de overheid nou niet bepaald enthousiast mee.

De overlast indammen door rigoureus op te treden is bij deze plaag niet aan de orde omdat het niet de volksgezondheid raakt, maar slecht individuele grondgebruikers en dus worden er politieke poldermodellen gebruikt en wordt er nog steeds over gepraat. Al jaren!

 

De ene plaag is duidelijk de ander niet!

Bart Smit

NB. Veertjes is een regelmatige bijdrage op de website van Aviornis Nederland. De column geeft niet noodzakelijk de officiële mening van Aviornis weer.

Klik voor een vergroting
Buitenlandse vogels in ons land, een plaag? Een suggestief stukje tekst, wat inhoudelijk niet klopt. Bron: Noordz.nl
Klik voor een vergroting
Duiven plagen ons wel eens met hun mest
Klik voor een vergroting
Er worden zelfs boeken over plaagvogels geschreven...
Klik voor een vergroting
Zou deze olifant geplaagd worden door de vele wevers?