Melk is goed voor elk
Deel 41, maart 2012
Wat vind ik dat nou jammer, dat deze column nu eens een keer niet over vogels gaat, maar een beetje over koeien en een oud Chinees gezegde geeft aan, wanneer je goed beslagen ten ijs wilt komen, dan “moet je de koe bij de uiers vatten”.
Als je wilt melken moet je vakkundig aan één of meerdere spenen trekken. De uier van een koe heeft er vier, een geit heeft er twee en doe je dat masseren precies goed, dan komt er melk in de emmer.
Tegenwoordig, maar dat is al een hele tijd het geval, tegenwoordig bestaan er apparaten, die ook melk uit die koeien en geiten kunnen krijgen.
Dat gaat met een vacuüminstallatie, die de tepels dusdanig met pulserende bewegingen bewerkt, dat de dieren de melk vrij geven. Die beweging, dat proces, noemen we “het melken”.
Bij “uitmelken” ga je iets verder, want je probeert dan nog steeds door te gaan met melken, om er maar méér uit te halen. Het is een onzinnige bezigheid, want als er niets meer in zit krijg je er toch niets méér uit!
Vandaag de dag kennen we bij nieuwsrubrieken in de media eenzelfde fenomeen, namelijk : “het nieuws uitmelken”. Er is geen nieuws, iedereen moet rustig afwachten want er komt voorlopig geen nieuws, maar verslaggevers kunnen niet wachten en gaan continu door met het vertellen met iets dat op nieuws lijkt, maar dat het niet is en het is net, of het elk jaar alsmaar erger wordt!
We hebben dat in de afgelopen winterperiode in alle hevigheid kunnen meemaken.
In Nederland treedt plotseling de winter in, het gaat zo maar vriezen en flink ook.
Soms vriest het enkele nachten streng (-20˚C ) en overdag blijft het ook behoorlijk onder het vriespunt. Het werd ijsdag na ijsdag.
Als zich dergelijke zaken voor doen, wordt er al snel gespeculeerd.
Het ijs zou wel eens sterk genoeg kunnen gaan worden voor een Elfstedentocht.
Journaals, nieuwsrubrieken, weermannen/vrouwen, kranten etc. kortom de media slaan allemaal aan het speculeren, slaan spontaan op hol en krijgen allemaal ijskoorts.
Ze jagen elkaar op en roepen om het hardst, dat het nu toch wel eigenlijk, mogelijk, na al die jaren, zo ver is!
Eén nieuwsrubriek maakt het wel heel bont en begint spontaan een zeer verkorte cursus in het spreken van Friese woorden en uitdrukkingen te geven.
Dan sta je als medium wel hevig te koken, of niet? Is deze provincie buitenland en Friese taal folklore?
Wanneer dan de commissie, die de tocht langs de elf steden in de provincie Fryslân moet gaan organiseren, een bijenkomst heeft belegd en na afloop een persconferentie gaat geven, is het hek kompleet van de dam.
In een volledige euforie kunnen de verslaggevers nauwelijks luisteren naar de woorden van de voorzitter van die Elfstedencommissie en luisteren uiteindelijk dan ook maar half.
Wanneer die voorzitter zegt, dat er geduld moet worden betracht, dat het bijna zo ver is, maar dat de minimale ijsdikte (van 15 centimeter) nog niet overal kan worden gemeten, dat er nog slechte plekken zijn, dat er nog wat tijd nodig is en dat de natuur nog even haar werk moet doen, geloven ze dát ook maar half.
Het grote “uitmelken van géén nieuws” kan beginnen.
Elk zichzelf respecterend medium gaat op onderzoek uit want er moet immers wél nieuws gebracht worden, het hongerige volk moet immers van nieuws worden voorzien!
De grote monstertocht langs elf steden in de provincie Fryslân is immers het allerbelangrijkste nieuws dat er op dat moment bestaat?
Elke nieuwsrubriek stuurt een verslaggever op pad, compleet met cameraman, gaat ergens op zoek naar een gewillig lokaal rayonhoofd, ijsmeester of anders een brugwachter (die ’s winters toch al weinig te doen heeft) en maakt een nieuwsitem.
Let wel, het gaat uiteindelijk nergens over, maar de ijsman boort ter plekke een gat in de ijsvloer, pakt de duimstok, die hij al dagen konstant in de aanslag heeft en slaat aan het meten.
De camera zoomt in op het centimetergeval en geeft duidelijk géén 15 aan, maar 10!
Een teleurgestelde verslaggever, even overleggend met de gaatjesboorder, vertelt luidkeels en enthousiast, frontaal voor de camera en groot in beeld, dat “ zoals het hier lijkt de tocht toch wel bijna gereden kan worden!”
Hij vraagt nóg eens aan de lokale ijskenner hoe dik het ijs hier nu ter plekke is.
Deze man, in het nauw gebracht, maakt zich er snel, iets te gemakkelijk en bedremmeld van af door te vermelden dat het op die plek: “wel bijna 12/13 centimeter is”.
Alle andere redacties van nieuwsgerelateerde rubrieken, die ook ziek zijn geworden van de koorts rondom het ijsgebeuren, slaan eveneens aan het ijlen.
Ze tuimelen over elkaar heen om maar positief nieuws te kunnen brengen, maar dat is er niet.
Ze zoeken allemaal ook weer een kenner op, die ter plekke met de grillen van het aangroeien en afslijten van het ijs bekend is en slaan eveneens weer aan het meten, inclusief speedboren, snoerloze boormachines en meetstokjes.
De ene kenner is een nog grotere specialist dan de ander; ijstransplantatie en andere akties, die je met ijs kunt gaan uithalen om de kwaliteit alsmaar te verbeteren, worden groot en breed uitgemeten in beeld gebracht.
Het ontstaan en het verschil van eendenwakken, windwakken en andere wakken wordt uitvoerig door ervaren ijskunstenaars met een uiterst serieus gezicht aan niet begrijpende en koukleumende journalistes uitgelegd.
Oude Elfstedenrijders, die de tocht vele jaren geleden nauwelijks hebben uitgereden, worden van her en der vandaan getoverd en door nieuwsjagers voor de camera’s gesleept om ze over vroeger te laten vertellen, om zodoende toch vooral mee te kunnen doen met het aanbod van “niet-nieuws”.
Een komplete nieuwsstudio, vanwaar elke morgen nieuwsuitzendingen worden verzorgd met 1 journaliste vanuit Hilversum, wordt naar de provincie overgebracht, om daar in een restaurant aan de rand van een bevroren meer, met 2 journalistes tegelijk, uitzendingen te gaan maken, met nieuws, dat uiteindelijk nergens over gaat.
Als dan na een paar dagen tenslotte groots wordt aangekondigd, dat er binnenkort zeer belangrijk en lang verwacht nieuws zal komen want er zal worden uitgesproken of de “Tocht der Tochten” misschien spoedig door zal gaan, dan is iedereen, ook die maar een beetje of zijdelings met het nieuws te maken heeft, paraat.
Ze zijn er allemaal, met televisiecamera, fototoestel, schrijfblok of tekstverwerker en met rode konen van de koorts rondom de tocht over het ijs langs de elf Friese steden, want dit is “Hot Nieuws”!
Maar helaas, de monstertocht gaat niet door, de weersprognose is niet goed en het ijs is nog lang niet overal op dikte, is nog lang niet overal sterk genoeg.
Jammer, dat het nou niet door ging, want aan de mediamensen had het niet hoeven liggen, (wat nou moeilijk, het ijs is niet dik en sterk genoeg?) die hadden dit item nu al zo lang uitgemolken en die vonden dat het uiteindelijk, eigenlijk, wel bijna, misschien, op de nipper of anders toch een ietsepietsie en wel zeker door had moeten kunnen gaan!
Bart Smit
NB. Veertjes is een regelmatige bijdrage op de website van Aviornis Nederland. De column geeft niet noodzakelijk de officiële mening van Aviornis weer.