De robot
Deel 65, september 2014
Laatst zei ik tegen mijn tekstverwerker, dat zij (ik heb een vrouwelijke) maar eens stukje tekst moest gaan verwerken, dan ging ik wel even in de tuin aan de slag, deden we beiden wat nuttigs.
Er gebeurde echter tijdens mijn werk in de tuin helemaal niets, terwijl de onderlinge verstandhouding meestal wel goed was te noemen.
Daar kom je dan wel achter.
Een tekstverwerker begint absoluut niet geheel zelfstandig aan een klus.
Je moet er eenvoudigweg alles zelf in stoppen, pas dan gaat zo’n ding aan de slag.
Op zich is dat natuurlijk heel knap!
Vergelijk dat maar eens met een flink aantal jaren geleden!
Toen kon je ook wel tekst maken, maar dat moest dan op een typemachine!
Wilde je meer exemplaren van je verhaal, dan moest er een velletje carbonpapier tussen twee vellen wit papier.
Er ontstond een groot probleem wanneer er een typefout was gemaakt.
Je kon namelijk niet zo maar een letter weghalen er een ander voor in de plaats zetten.
Dat bleef altijd wel een beetje zichtbaar als je de goede letter op de witgeverfde (met ”type-ex”) oude letter had geplaatst.
Was je toen vrij belangrijk, directeur of zo, of misschien wel schrijver of anders iemand die vreselijk veel moest typen, dan kon je gebruik maken van personen,(meestal dames) die dat typen heel goed beheersten.
De betreffende persoon vertelde hele verhalen in de “dictafoon” (een soort kleine bandrecorder) en de typiste hoorde dat aan en typte het relaas tegelijkertijd razendsnel op mooi wit papier uit.
Het begrip “letterzetter” kom je ook al niet meer tegen.
Tegenwoordig gaat bijna alles digitaal en metalen lettertjes naast elkaar op een rij of onder elkaar zetten om daarmee een krant te drukken is niet meer nodig.
Het gaat zo vanaf het scherm naar de drukker.
Als je nog verder teruggaat, naar de tijd van de allereerste boekdrukkunst en je vergelijkt dat met wat er heden ten dage wordt gepresteerd en gepresenteerd, nou, dan sla je steil achterover!
Wat een enorm verschil met het ontstaan van de allereerste boeken. Moet je nu eens kijken!
Waren de eerste boeken soms al wel fraai versierd (je zou het ook voorzichtig geïllustreerd kunnen noemen), als je tegenwoordig in de boekhandel komt weet je niet wat je ziet.
Over allerhande onderwerpen is wel een boek te vinden en er zijn er bij, die soms meer plaatjes dan tekst laten zien.
Maar dat is dan wel weer andersom bij leesboeken als thrillers of romans.
Bij al deze zaken gaat het er om, dat de schrijver of de maker (kan schilder of fotograaf of andere artiest zijn) iets aan de lezer wil duidelijk maken en/of laten zien.
Er moet een wisselwerking ontstaan tussen de maker en de lezer/kijker.
Er ontstaat soms een fraaie ontboezeming als bijvoorbeeld een maker van een wandelgids door een bepaalde streek in Nederland loopt en dat op papier zet met hier en daar wat afbeeldingen gedurende de tocht genomen.
Dat zet je aan het denken: “Zo’n wandeling kan ik ook wel eens maken, ’t is daar wel mooi zo te zien!”
Zijn we allemaal niet eens van de weg geraakt bij het lezen van een spannende roman, waarvan het verhaal zich afspeelde in een ver exotisch land, waar het tussen de hoofdpersonen soms heftig aan toe ging, op die berghelling met dat prachtig beschreven uitzicht?
In werkelijkheid was het slechts een verhaaltje, ontsproten uit het brein van een schrijver/verteller.
Ach, u kent ze vast ook wel, die heel goed verkochte boeken met misdaadverhalen, geschreven door langzamerhand wereldbekende schrijvers of schrijfsters. Vele drukken gingen daarvan over de toonbank, de verhalen waren soms zo meeslepend, dat het boek eigenlijk achterelkaar en in een adem uitgelezen moest worden.
Als ze heel goed waren werden ze soms wel verfilmd!
Zo zou ik nog wel een paar alinea’s door kunnen gaan, maar veel komt dan telkens op hetzelfde neer, namelijk, het is de schrijver, die iets aan de lezer kwijt wil.
In andere gevallen is het de lezer, die niet kan wachten tot zijn/haar favoriete schrijver weer een nieuw boek met spannende verhalen en intriges heeft voltooid en uitgegeven.
Ik behoor zeer zeker niet tot de laatste categorie, verre van dat, dat zou te mooi zijn!
Maar waar ik mij zorgen om maak is de toekomst. Wat gaat er nu gebeuren als er geen schrijvers meer zullen zijn, geen mensen die hun verhalen kwijt willen aan anderen. Wat als er nu niemand meer is, die af en toe al toetsendrukkend een stukje tekst zit te boetseren, waarvan de lezers zullen zeggen: “Ja, zo had ik het nog niet begrepen, of nee, die kant moeten we niet op!”
Zo lang ik het nog kan ga ik nog wel even door, want ik moet er niet aan denken dat er straks een deal wordt gesloten tussen een robot en een tekstverwerker en dat die twee dan samen deze column gaan vullen.
Raar is dat niet want er bestaan al zelfrijdende/ zelfdenkende auto’s.
Maar wat een schrikbeeld!
Bart Smit
NB. Veertjes is een regelmatige bijdrage op de website van Aviornis Nederland. De column geeft niet noodzakelijk de officiële mening van Aviornis weer.