20-05-11

 

Regio Groningen- Drenthe naar “de Weerribben”, 16 april.

 

Zaterdag 16 april was wederom een prachtige voorjaarsdag. Al weken niets anders dan zonneschijn en droog. Deze dag werd opgefleurd door onze voorjaarsactiviteit. Gekozen werd voor een prima georganiseerde tocht door de Weerribben en een bezoek aan Giethoorn.

Om 09.00 uur werden 23 personen in Ossenzijl bij het bezoekerscentrum verwelkomt door Casper Kollen. Casper is werknemer bij Staatsbosbeheer en geeft met regelmaat excursies door het Weerribben-gebied. Ook is hij niet onbekend met het Drentsche, daar zijn carrièrestart bij het Balloërveld ligt.

Na een korte instructie werden we uitgenodigd om in de fluisterboot te stappen. Daar het toeristenseizoen nog moest beginnen, waren we als één der weinigen op het water en konden we werkelijk genieten van de rust en stilte die er heerst in dit prachtig natuurgebied.

De naam weerribben is ontstaan door het hoogveen dat gewonnen werd. De hoge drogere gebieden worden weren genoemd. Hierlangs werd vroeger het laagveen gestoken en de ontstane kanalen (die in Oost-West en Noord-Zuid liggen) werden de ribben.

Via deze ribben werd het veen afgevoerd en konden de rietboeren bij hun land om het riet in de winterperiode te oogsten.

Wanneer er gekeken wordt naar de hoeveelheid water die in dit gebied aanwezig is, komt al snel de gedachte op dat met name watervogels hier in grote hoeveelheden aanwezig zijn. Tijdens de vaartocht viel op dat er wel af en toe een wilde eend door de ribben zwom en er verschillende ganzen (met name de grauwe gans) op de wieken was, maar de verwachting van vele soorten en grote aantallen bleef in het eerste uur achterwege. Dit werd in de middag meer dan goed gemaakt.

Wel kwamen verschillende zeldzame grassen en struiken aan bod. Zo werd de gagel uitgebreid behandeld. De katjes van deze struik werd vroeger als geurversterker gebruikt, zeer bijzonder en uitermate lekker van reuk.

Na een uitstapje op het laagveen, waarbij het voelt alsof je op een waterbed loopt, werd richting de vogels gevaren.

Begeleid door het geluid van de snor, karekiet en het rondvliegen van onder andere de rietgors kwamen we bij een watervogelrijker gebied. Net om de hoek kwamen de wilde eenden ons al begroeten. Niet lang daarna zwom een koppeltje krakeenden voor de boot. Bijzonder was het koppeltje zomertalingen die bezig waren een nest te bouwen. Dit alles gadegeslagen door een aantal kuifeenden en knobbelzwanen.

Tijdens de tocht kregen we van Casper deskundig commentaar en leerden we onder andere dat ook de hemelgeit hier broed. Dit is een bijnaam van de welbekende watersnip en het toeval wilde dat net na deze informatie een drietal snippen als baltsend over de rietvelden vlogen. Hierna werd het tijd om richting Giethoorn te gaan en in het laatste kanaal zwom een reebok voor de boot langs en kwam het silhouet van de bruine kiekendief naar voren. Verder turend vloog er nog een ooievaar, havik en buizerd in deze laatste 300 meter.

Na het afmeren van de fluisterboot ging het in een prima geleide kolonne richting Giethoorn.

Bij de familie Kollen werd onder een stralend zonnetje de lunch genuttigd. Een heerlijke kop soep en belegde broodjes gingen er in als koek. Deze aansterking was wel nodig in verband met het middagprogramma. Het grootste gedeelte van de aanwezigen ging met de fiets naar een natuurgebied tussen Giethoorn en Steenwijk. Na ongeveer 30 minuten kwamen we op de plek van bestemming. Het gebied van Natuurmonumenten wordt afwisselend een aantal jaren kunstmatig nat en dan weer droog gehouden en brengt veel vogels naar een aanwezige meertje. Een mooie en grote uitkijktoren was hier speciaal voor de vogelaars gebouwd. Vanuit deze toren hadden we zicht op een groot aantal lepelaars en zelfs een aantal purperreigers. Deze vogels hebben hier vaste voet gevonden en broeden al een aantal jaren in dit gebied. Uiteraard waren er nog meer vogels te zien, redelijk grote aantallen kuifeenden, een aantal krakeenden, meerkoeten en verschillende ganzensoorten.

Vervolgens werden de fietsen teruggebracht en kon de collectie van Casper bewonderd worden. Daar Giethoorn het Venetië van het Noorden is, werden we via een punter in groepjes van maximaal 6 naar het vogelparadijs gebracht.

Voor de personen die wachtten, werd een heerlijk glas drinken neergezet. Informatie werd onderling uitgewisseld en in een informele sfeer werd genoten van de dag en de rondvarende bootjes.

Op het eiland waar Casper zijn dieren houdt, komen we in verschillende perken een scala van vogels tegen. Bij binnenkomst al twee verschillende soorten kraanvogels en niet veel verder een derde. In deze volière zaten onder andere heilige ibissen, koereigers, rallen, goudfazant en steenpatrijzen. Niet veel verder werden we verrast door Hartlaubeenden (een soort die niet veel gehouden wordt) en enkele zaagbeksoorten.

Eiders, amerikaanse kuifeenden, broedende Hawaii-ganzen en nog enkele soorten watervogels gaven kleur aan het geheel.

Terugkijkend op de dag, kan ik alleen maar zeggen dat deze zeer geslaagd is geweest.

Bij deze wil ik Casper dan ook hartelijk bedanken voor de fantastische uitleg en prima begeleiding.

Ook de verwelkoming van nieuwe deelnemers deed mij zeer veel plezier. 

Namens het bestuur,

Bart Wiechers