Pacific rotgans of Zwarte rotgans
Branta nigricans (Lawrence, 1846)
Tekst door G. Dessein
Uit Aviornis International, oktober 2002
Sinds 1997 ben ik in het bezit van een koppel Pacific rotganzen (Branta nigricans), ook wel bekend als Zwarte rotganzen. In 1998 volgde een tweede koppel, want rotganzen zijn kolonievogels. Twee koppels samen voelen zich dus beter op hun gemak. Met dit tweede koppel had ik tegenslag daar de gent stierf. Een tweede gent had alleen interesse in wilde eenden die in de vroege lente oog hadden voor mijn voederbak. De tweede gans legde eieren, maar die bleken telkens onbevrucht. De gent van koppel 1 had geen interesse voor gans 2. Integendeel, van toenadering was geen sprake. Dit voorjaar begon de historie opnieuw met de komst van wilde eenden. Gent 2 was zonder twijfel ingeprent op wilde eenden vanaf zijn eerste levensdagen. Hij ging uiteindelijk terug naar zijn vorige eigenaar.
En nu volgt de kweekervaring waaraan we heel veel plezier hebben beleefd.
Het eerste koppel zonderde zich af en zocht zijn vertrouwde nestplaats van vorige jaren, met name het hellend dak van mijn opfokruimte. De betonnen vloer werd afgedekt met een waterproof multiplexplaat, aangeboord met een lat van 3x3 cm. Daarin werden aarde en omgekeerde graszoden aangebracht die de gans tot nest vormde. Dan pas werd de gent agressief en verjoeg elke indringer, zelfs zijn verzorger. Hun territorium was langs één zijde begrensd door een vijver, afgebakend met gaas waar hij voortdurend op en af liep. Spijtig genoeg beschadigt hij hierdoor min of meer zijn borstveertjes. De paring heb ik nooit gezien. Hij kneep de katjes in het donker.
Het tweede gansje bleef steeds op een veilig afstand van het nest van gans 1. Gent 1 was opvallend minder agressief t.o.v. gans 2 en zelfs zag ik af en toe knikken naar elkaar met de kopjes. Gans 2 kreeg weliswaar ook een rond buikje. Nu installeerde ik een tweede nest, eveneens onder het schuin aflopende dak op ongeveer 2 meter van gans 1 die rustig zat te broeden op 5 eieren, midden een krans van donkergrijs dons. De gent was agressief bij benadering van beide broedende ganzen. Die laatste waren wel niet lief voor elkaar als een eet- en wasbeurt toevallig samenvielen.
Na een vijftal dagen broeden was ik uiteraard nieuwsgierig om te weten of de eieren van gans 2 bevrucht zouden zijn. De 2 eieren die ik meenam naar de kelder om ze door te lichten, waren bevrucht. Opmerkelijk is dat de broedende ganzen zonder veel protest een ei laten wegnemen.
Op 8 juni waren 3 kuikens van gans 1 reeds droog en het vierde ei was amper aangepikt. Ik bracht het naar een vlakbroeder en een dag later was nummer 4 geboren. Het vijfde ei bleek onbevrucht. Ik bracht 's avonds het vierde kuiken naar zijn moeder, maar dit kuiken herkende de taal van de moeder niet, het liep er verweesd bij. Telkens moesten we de jongste spruit bij de oudere kuikens leiden. Na één dag werd alles normaal.
Dit paar ganzen zorgde uitstekend voor de kroost (zie foto). De gent hield met uitgerekte hals de wacht. Bij elk vreemd geluid of doortocht van een reiger of torenvalk slaakte hij een noodkreet en de familie sloot de gelederen. Wondermooi als de 4 spruiten, zelfs als ze relatief groot zijn, onder de wijdgespreide vleugels van moeder gans schuilen.
De gent was minder agressief dan tijdens de broedperiode. Na 10 à 12 dagen werden de gansjes gevangen (zie foto), geleewiekt en geringd met maat 12, en dit zonder al te veel protest van beide ouders. Rond het nest maakte ik een grote cirkel van afrastering, want stel je voor dat de gansjes in een vijver met steile randen belandden om dan te verdrinken!
Wat nu met gans 2? Die zat rustig te broeden op 5 eieren. Op 17 juni kwam ze tevoorschijn met 4 kuikens. Ik plaatste opnieuw in cirkelvorm een afrastering rond haar nestplaats uit vrees dat het eerste paar de nieuw familie zou storen. De 'single' gans zorgde, uiteraard alleen, wonderwel voor haar kroost. De gent erkende de 4 kleine pagadders niet als de zijne. In elke cirkel plaatste ik een schaal met drinkwater dat ik dikwijls ververste, en een eetschaal met startmeel met een zo klein mogelijk eiwitgehalte, want ganzen zijn graseters. Na verwijdering van de afrastering, na een 14-tal dagen, bleven beide gezinnen van elkaar gescheiden en wel op een afstand van ongeveer 2 meter. Het zijn niet voor niets koloniebroeders. Zelfs op het water waren beide gezinnen goed van elkaar gescheiden. was er verwarring door bijvoorbeeld een vangnet dat tevoorschijn kwam, dan herstelde zich vlug de scheiding van de groep van 6 en van 5 ganzen. Ze groeiden als kool! Mooi om te zien hoe omzeggens iedere dag nieuwe veren tevoorschijn kwamen! Na 6 weken waren ze volwassen.
Bij ons beschikken de ganzen over een grasmat die we wekelijks maaien. Weliswaar ligt het gras 'bezaaid' met uitwerpselen, maar dit blijkt nog niet zo slecht, want nu, in september, is het gras fris, jeugdig groen. De ganzen zijn zeer familiair en babbelen en snateren dat het een lieve lust is. Eventjes roepen 'kom, kom' en ja hoor, ze zijn er vliegensvlug en eten dan gretig van een handvol startmeel dat uiteraard in twee bordjes verdeeld wordt. De kuikens van familie 1 pikken naar die van familie 2 als ze te dicht bij elkaar komen.
Het wordt wel een treurige bedoeling als het uur van afscheid slaat, zowel voor de ganzen als voor de verzorgers. Want we mogen niet vergeten dat een ganzenfamilie in de vrije natuur een volledig jaar bij elkaar blijft. De ouders toenen éénmaal de reisroute van het hoge noorden naar de kusten van Noord-Amerika, vanaf Vancouver tot aan de Golf van Californië, waar ze overwinteren (vandaar de naam 'Pacific' rotganzen), en een tweede maal als ze terugkeren naar hun broedplaats. Dan moeten de jongen ganzen hun 'plan' trekken. Dat mijn vrouw en ikzelf enorm veel plezier beleefd hebben aan onze gansjes, hoeft geen betoog!
Drie soorten Rotganzen
Er zijn drie soorten Rotganzen, welke tot voor kort als ondersoorten werden beschreven van elkaar:
Rotgans
Branta bernicla (Linnaeus, 1758)
Alternatieve naam:
Russische rotgans
Witbuikrotgans
Branta hrota (O. F. Muller, 1776)
Alternatieve namen:
Lichtbuik rotgans
Atlantische rotgans
Zwarte rotgans
Branta nigricans (Lawrence, 1846)
Alternatieve namen:
Zwartbuik rotgans
Pacific rotgans